Houdt er rekening mee dat je het nestje zelf de eerste week niet kunt verschonen, de ergste papiertjes met bloed kun je weghalen, maar van de rest moet je afblijven. Het moedertje kan heel relaxed zijn waardoor je meer kunt doen, maar ze kan ook heel beschermend zijn zodat je haar met grote voorzichtigheid moet weglokken. Plateaus of hangmatjes zijn de eerste weken niet geschikt. Ze kan daar bevallen of zogen zodat de rittens naar beneden kunnen vallen.

Week 1

Melkbuikje 1 dag

De rittens worden zonder vacht en met dichte ogen geboren, dat noem je ook nestblijvers. Dieren met open ogen en een vachtje (cavia’s bv.) noem je nestvlieders. De rittens zijn geheel afhankelijk van de moeder en dat duurt nog wel een aantal weken. De eerste twee weken heb je nog niet zoveel werk aan een nestje. Ze hoeven nog niet gesocialiseerd te worden, wel moet je ze iedere dag pakken en nakijken, er kan een achterblijver bijzitten en ze kunnen aan de lucht van mensen wennen. Het is een fabeltje dat je ze de eerste weken nog niet mag pakken.

 

Hoe weet je wat een mannetje en een vrouwtje is? Als ze ca. 12 dagen oud zijn kun je het als leek met 100% zekerheid zeggen. Je ziet op dat moment bij de vrouwtjes duidelijk tepeltjes, de mannetjes hebben deze niet. Maar het is altijd leuk om het eerder te weten, hopelijk helpen deze foto’s je een eind op weg. Bij het mannetje is de afstand tussen geslachtsdeel en anus groter dan bij vrouwtjes en je ziet vaak al de beginnende balletjes, kleine zwarte puntjes. Bij het vrouwtje is het geslachtsdeel (bolletje wat je ziet) ook kleiner dan bij het mannetje.

Mannetjes ritten Vrouwtjes ritten
rittenman rittenvrouw

 

Het hangt van de grootte van het nest en het gewicht en conditie van mama af wat en hoeveel ze als bijvoeding moet krijgen. Naast haar hardvoer (een goed merk en speciaal voor ratten) heeft ze wel extra’s nodig, want het zogen kost veel energie. Naast iedere dag vers drinkwater mag ze ook een extra hapje hebben die al staan aangegeven bij de verzorging van een zwanger vrouwtje. Heeft ze een groot nest, is het een jong moedertje in de groei of is haar conditie niet al te best dan mag ze ook twee keer per dag iets extra. Daarnaast moet ze iedere dag wat verse groente krijgen, zoals witlof (bevordert de melkproductie), broccoli, boerenkool, etc. Zie de lijst die staat bij het hoofdstuk voeding.

 

De huid van de rittens gaat al snel verkleuren. Na een dag zie je al welke tekeningen een ritten met een donkere vacht heeft en na ca. 5 dagen begint de huid te schilferen. Dit betekent dat de haren doorkomen. Als de rittens een week oud zijn kan een geoefend ook zien welke kleuren ze worden.

 

Week 2

IMG_7310

Met 8-9 dagen zijn de vachtjes goed door en ze lijken wat minder op saucijsjes en meer op rittens. Nog steeds heb je als eigenaar niet veel aan de kleintjes, behalve foto’s maken. Mama moet de rest van het werk doen. Na een week wordt het wel tijd om de duna te verschonen. Als de moeder niet gestrest is kan de hele duna schoongemaakt worden. Zet moeder voor haar rust even in een vervoersbox en de kleintjes kunnen lekker in fleece liggen. Bewaar vooral het oude nestje nog even, want als blijkt dat mama toch in paniek is als ze in een hele schone duna komt dan kun je het oude nestmateriaal nog terugleggen. Eerst de rittens erin leggen en daarna mama erbij.

 

Is ze nog wel erg beschermend en gestrest verschoon dan alleen alles rondom het nest en laat het nest zelf onberoerd. Beter iets te lang vies dan dat moeder zo in de stress schiet dat ze haar rittens niet meer wil.

IMG_7368

 

Tussen de 13 en 15 dagen gaan de oogjes open, er zijn vroegere of latere uitschieters, maar dit is het gemiddelde. De eerste kiertjes zijn ontzettend leuk, het maakt de rittens gelijk helemaal af. Zowel mama als de eigenaar krijgen het nu drukker. Mama omdat de rittens het nest uit willen lopen en ze ze steeds bij elkaar moet sprokkelen en de eigenaar omdat vooral de eerste dagen nadat de oogjes geopend zijn cruciaal zijn. De rittens zijn al gewend aan de lucht van mensen, hun ogen nog niet. Als ze in deze dagen de mens vaak zien (geef ze wel de kans om te drinken) dan wordt deze net zo gewoon voor ze als hun soortgenoten, het gaat dan vanzelf. De ervaring heeft geleerd dat het veel meer tijd kost om ze helemaal tam te krijgen wanneer ze je niet zien als de oogjes open gaan. Wat bijvoorbeeld goed werkt is wanneer je de rittens onder je shirt tegen je huid houdt, laat ze maar even lekker slapen. Houdt je hand een aantal keren per dag in de kooi (als mama het toelaat), ze zullen dan gelijk naar je toekomen.

 

Week 3

3 weken

Zodra de rittens stevig op hun pootjes staan – meestal 1 á 2 dagen nadat de oogjes open zijn – kunnen ze verhuizen naar een traliekooi. Dit moet een lage kooi zijn, maar wel met genoeg bodemoppervlakte. Heel geschikt hiervoor is een Ferplast Mary (zie foto) of vergelijkbare kooi. Let goed op de tralieafstand, de rittens mogen er niet doorheen kunnen glippen. De Mary heeft een bodemoppervlakte van 80×50 cm. en is 38 cm. hoog. De rittens kunnen wel een stukje omhoog klimmen, maar ze kunnen niet diep vallen. Er kan een plateau in, een toiletje en hun huisje. Knaagmateriaal zoals wilgenhout of cactusstammen zijn aan te raden want ze willen graag knagen.

Na een paar dagen kun je de kooi uitbreiden met een hangmatje of sputnik.

Ferplast mary - Klik op de afbeelding om het venster te sluiten

De rittens beginnen nu ook zelfstandig te eten, uiteraard zijn ze nog wel van mama afhankelijk wat de melk betreft. Ze beginnen wat te knagen aan het hardvoer, groente lusten ze gelijk al en bij het lekkere hapje van hun moeder schuiven ze ook graag aan. Zorg ervoor dat de rittens bij het tuitje van de drinkfles kunnen komen, het is een noodzaak en een koddig gezicht om ze te zien drinken op die leeftijd. Ze nemen de gewoonte al snel van hun moeder over.

Met 2,5 week vinden ze een loopwiel al erg leuk. Ze kunnen amper lopen of ze gaan het wiel verkennen. Ze komen er zelf snel genoeg achter dat je er ook in kunt rennen. Het loopwiel moet dicht, van kunststof en groot genoeg zijn.

Geschikte loopwielen zijn:

Kleinere loopwielen zijn beslist niet goed. Als het moedertje erin gaat lopen dan moet ze haar rug te krom houden met alle gevolgen van dien. Denk maar aan je eigen rug als deze verkeerd belast wordt.

 

Week 4

4 weken

Bij de volgende schoonmaakbeurt als ze 4 weken zijn kunnen ze al in een kooi van een maat groter. Uiteraard kun je tussendoor de kooi ook verschonen indien nodig, het moedertje heeft daar geen problemen meer mee. Een Savic Freddy 2, een Ferplast Jenny, een Furet Plus (Furat KD) of iets soortgelijks zijn zeer geschikte kooien. Let wederom weer op de tralieafstand, in sommige kooien van andere merken is de tralieafstand te groot. Kleine rittens kunnen er dan nog door.

 

Pap mogen ze wel, maar met mate, te dikke rittens is ook niet gezond. Twee keer per week pap, en nog een keer kip, vis of een goed blikje is genoeg. Iedere dag verse groente of fruit mag juist wel en dan zoveel mogelijk verschillende soorten, zodat ze zoveel mogelijk leren te eten. Gedroogd bruin brood, af en toe gekookte volkorenpasta of meergranenrijst. Liever zo min mogelijk koekjes en zeker geen yoghurtdrops.

 

Week 5 en 6

Rittenkooi

Met 4,5-5 weken (langer beslist niet) worden de geslachten gescheiden. Mannetjes kunnen vanaf 5 weken vruchtbaar zijn, bij kleine nestjes heel soms iets eerder. En het is uiteraard niet de bedoeling dat ze hun moeder zwanger maken. Vrouwtjes zijn gemiddeld vanaf 5,5-6 weken voor het eerst flapperig, maar 5 weken is ook mogelijk. De mannetjes gaan in een aparte kooi die aan dezelfde eisen moet voldoen als voor het hele nestje. Heb je een paar makkelijke mannen die je helemaal vertrouwd en goed kent, dan kun je de rittens met die mannen introduceren, de rittens moeten in dat geval wel minimaal 150 gram wegen. Pas goed op met castraten, want de liefste castraten hebben al rittens dodelijk verwond, dan moeten de rittens minimaal 200 gram wegen. Met andere volwassen ratten schuilt dit gevaar ook, maar met castraten is het extra goed oppassen.

 

De vrouwtjes kunnen bij mama in de kooi blijven. Je kunt er ook een paar makkelijke vrouwtjes bij introduceren. Ook is het mogelijk om de rittens in je bestaande vrouwengroep te introduceren, maar ook weer alleen als je je dames goed kent, de gewichten van de rittens moeten dan ook 150-200 gram zijn. De rittens willen met 5 weken nog altijd bij mama drinken en ook bij de volwassen vrouwtjes waar ze bij geïntroduceerd zijn. Zelf doe ik mama terug in de groep en een paar dagen later pas de rittens. Ze hebben dan niet meer zo sterk de behoefte om te drinken en laten de andere vrouwtjes meer met rust. Hierdoor zullen ze beter geaccepteerd worden.

 

Als de rittens 6 weken oud zijn en meer dan 100 gram wegen, kunnen ze uitgeplaatst worden. Altijd minimaal met zijn tweeën of de nieuwe eigenaar moet al een ander ritten hebben. Het ideale maximale leeftijdsverschil is twee maanden omdat rittens nog erg graag rollebollen. Het echte stoeien doen ze na 3 maanden zeker niet meer. Spelen wel, maar dat is toch anders dan het rollebollen door de kooi heen. Heb je dus een vriendje of vriendinnetje (van hetzelfde geslacht) die meer dan twee maanden ouder is, dan ontneem je het ritten dus een groot deel van zijn/haar stoeiperiode. Ze overleven het uiteraard wel, maar zie het als kleine kinderen die niemand hebben om mee te spelen.